Participatieparagraaf
- Burgerparticipatie
- Sociaal domein
Participatieparagraaf
Over het onderzoek
De gemeente vindt participatie belangrijk. Participatie houdt in dat burgers betrokken worden bij nieuw(e) plannen, beleid en projecten. De gemeente Amsterdam wil dat er eerder en bewuster wordt nagedacht over de manier waarop Amsterdammers bij het maken van nieuwe plannen worden betrokken. Hiervoor gebruikt de gemeente Amsterdam de participatieparagraaf. In de participatieparagraaf moet staan hoe de gemeente bij nieuwe plannen participatie wil vormgeven. In dit onderzoek kijken wij of deze paragraaf goed werkt.
De resultaten in 2022
In ons onderzoek constateren we dat de participatieparagraaf standaard onderdeel uitmaakt van college- en dagelijks bestuur voordrachten, maar de informatie in de paragrafen geen helder inzicht biedt in de daadwerkelijke participatie.
Preventieve jeugdhulp in Amsterdam
- Sociaal domein
- Welzijn
- Wmo en zorg
Preventieve jeugdhulp in Amsterdam
Over het onderzoek
Preventieve jeugdhulp wordt zowel landelijk als in Amsterdam gezien als noodzakelijk onderdeel van een effectief en efficiënt jeugdhulpstelsel. Want als preventie in de praktijk niet goed van de grond komt, valt de basis weg onder (de transformatie van) het jeugdhulpstelsel. In 2013 heeft de Amsterdamse gemeenteraad de Ouder- en Kindteams (OKT’s) aangewezen als belangrijke verantwoordelijke partij voor het uitvoeren van de preventieve opgave die voortkomt uit de Jeugdwet.
We onderzoeken het preventieve jeugdbeleid in Amsterdam. We kijken hoe de OKT’s het beleid uitvoeren en of zij hierbij ergens tegenaan lopen. In het bijzonder onderzoeken we de manier waarop de gemeente invloed uitoefent op deze uitvoeringspraktijk.
De resultaten in 2022
Het onderzoek is nog niet gepubliceerd.
Social return on investment
- Sociaal domein
- Uitkeringen en arbeid
Social return on investment
Over het onderzoek
Social return betekent dat gemeenten bij een inkoopopdracht als voorwaarde stellen dat opdrachtnemers ook bijdragen aan sociale doelstellingen. Het gaat dan meestal om het vergroten van de participatie van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Bijvoorbeeld door het creëren van werk- of stageplekken. In Social return on investment onderzoeken we hoe de gemeente Zaanstad social return toepast: hoe heeft de gemeente Zaanstad SROI in de organisatie een plek gegeven en leidt dat tot het benutten van de kansen die social return kunnen bieden? Welke concrete resultaten worden ermee behaald en leidt dat tot het realiseren van de doelen van de gemeente?
De resultaten
De afgelopen jaren heeft de gemeente Zaanstad stappen gezet om social return on investment (SROI) beter toe te passen. Zo is de SROI-desk opgericht en is er een nieuwe werkwijze ontwikkeld. Maar we signaleren nog de nodige knel- en ontwikkelpunten. Waaronder het ontbreken van concrete doelstellingen, gebreken in de registratie en de beperkte rapportage over de aanpak. De ambtelijke organisatie herkent deze punten grotendeels. Wij hebben echter de indruk dat deze, mede vanwege beperkte ambtelijke capaciteit, niet voortvarend worden opgepakt.
Dienstverlening aan kwetsbare groepen
- Sociaal domein
- Uitkeringen en arbeid
- Welzijn
- Wmo en zorg
Dienstverlening aan kwetsbare groepen
Over het onderzoek
In Dienstverlening aan kwetsbare groepen onderzochten we de wijze waarop de gemeente Amsterdam met de coronacrisis is omgegaan. Hierbij legden we de focus op de ondersteuning aan twee kwetsbare groepen tijdens de lockdownsituatie: de algemene voorzieningen voor dak- en thuislozen en preventieve diensten voor mensen met geldproblemen. Wat heeft de gemeente aangepast in de ondersteuning en hoe kwam ze tot die aanpassingen?
De resultaten in 2021
We concluderen dat de gemeente grotendeels adequaat heeft gereageerd op de lockdownsituatie. De gemeente heeft de dienstverlening aangepast en ze heeft nieuwe diensten ingericht. Hierdoor kon de gemeente de dienstverlening grotendeels continueren tijdens de eerste lockdown. De kanttekening die we maken is dat de gemeente niet altijd zorgvuldig was. Bijvoorbeeld doordat kaders voor besluitvorming niet altijd helder waren en soms een ingeslagen weg te lang gecontinueerd werd.
Jeugdhulp in Amsterdam
- Bestuur en ondersteuning
- Financieel beheer
- Niet-financiële bedrijfsvoering
- Sociaal domein
- Wmo en zorg
Jeugdhulp in Amsterdam
Over het onderzoek
In twee deelonderzoeken nemen we het Amsterdamse jeugdbeleid onder de loep. De kosten voor regionaal ingekochte specialistische jeugdhulp namen de afgelopen jaren sterk toe. De gemeente besloot daarom om het inkoopstelsel voor de jeugdhulp per 1 januari 2021 te wijzigen. Het eerste deelonderzoek gaat over dit nieuwe inkoopstelsel voor hoogspecialistische jeugdhulp: wat zijn de probleemanalyse en beleidsredenering achter dit besluit, zijn deze van voldoende kwaliteit, en vormt het stelsel een passende oplossing voor de gesignaleerde problemen?
De resultaten in 2020
De gemeente acteert met “volle kracht vooruit” en koos voor een geheel nieuw inkoopstelsel. Dat straalt daadkracht uit. Hierbij is echter geen tijd genomen om te reflecteren op wat er fout ging. Door deze onbalans tussen acteren en reflecteren is het de vraag of het nieuwe inkoopstelsel een oplossing is voor de problemen in het huidige stelsel.
Toegankelijkheid van openbare toiletten
- Ruimtelijke ordening
- Sociaal domein
- Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing
- Welzijn
Toegankelijkheid van openbare toiletten
Over het onderzoek
In Amsterdam zou er binnen een straal van 500 meter een openbaar of opengesteld toilet moeten zijn. Dat geldt voor het centrum en drukke voetgangersgebieden. In Toegankelijkheid van openbare toiletten onderzochten we in hoeverre de gemeente ervoor zorgt dat er genoeg openbare en opengestelde toiletten in Amsterdam zijn. We keken vooral naar toiletten voor vrouwen en mensen met een fysieke beperking. En we letten op de vindbaarheid van de toiletten.
De resultaten in 2020
De belangrijkste conclusie is dat ondanks de aandacht die er recent aan het onderwerp is gegeven, er in Amsterdam onvoldoende openbare toiletten zijn. In 41% van de drukke voetgangersgebieden – inclusief de parken – is overdag binnen 500 meter een rolstoeltoegankelijk openbaar toilet bereikbaar. Dus in meer dan de helft van de drukke voetgangersgebieden niet.
Op straat is de vindbaarheid van openbare toiletten slecht. De gemeente heeft wel een begin gemaakt met het aanbrengen van bewegwijzering op straat, maar dit geldt alleen voor een enkel gemeentelijk openbaar toilet.
De gemengde stad
- Burgerparticipatie
- Ruimtelijke ordening
- Sociaal domein
- Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing
- Wonen
De gemengde stad
Over het onderzoek
De gemeente Amsterdam wil dat de stad gemengd is. Ze wil dat mensen hier ongeacht hun inkomen, gezinssamenstelling, leeftijd en achtergrond prettig kunnen samenleven. In De gemengde stad onderzochten we hoe gemengd Amsterdam en haar inwoners wilden zijn, hoe gemengd de hoofdstad in 2019 was, en hoe de ontwikkelingen in de stad hierbij pasten. De gemengde stad was het publieksonderzoek van 2019.
De resultaten in 2020
Onze hoofdconclusie is dat er in Amsterdam geen integraal en expliciet beleid is opgesteld om de fysiek ruimtelijke menging van bewoners te waarborgen. Er zijn geen extreme concentraties van bevolkingsgroepen. Maar onze meer nauwkeurige analyses op het niveau van buurten en wijken laten wel concentraties zien. Bij het verzamelen van informatie over de gemengdheid is de gemeente zich onvoldoende bewust van het effect van de keuze voor een bepaald schaalniveau. Problemen op buurtniveau, zoals concentraties van kwetsbare personen, worden echter onzichtbaar als je alleen maar kijkt op het niveau van een gebied.
Bruikbaarheid van indicatoren: Uitkeringsschuld
- Begroting en rekening
- Bestuur en ondersteuning
- Economie
- Economie
- Sociaal domein
- Uitkeringen en arbeid
Bruikbaarheid van indicatoren: Uitkeringsschuld
Over het onderzoek
In Nederland moeten gemeenten met indicatoren laten zien hoe zij hun beleid uitvoeren. De indicatoren van de gemeente Amsterdam staan in een doelenboom. We onderzoeken in Bruikbaarheid van indicatoren of de indicatoren van de gemeente Amsterdam zorgen voor een helder, relevant en bruikbaar inzicht van door haar behaalde activiteiten en doelen. Kunnen raadsleden en geïnteresseerde burgers de inzichten uit de doelenboom goed gebruiken? We onderzoeken vijf indicatoren uitgebreider. Dit vijfde deelonderzoek gaat over de indicator die meet hoeveel personen een uitkeringsschuld bij de gemeente hebben.
Deze indicator is geformuleerd voor de activiteit van de gemeente om te controleren waar hoog risico is op onrechtmatige verstrekking van uitkeringen en dit actief te corrigeren. Deze activiteit moet bijdragen aan de financiële bestaanszekerheid van Amsterdammers die niet (volledig) in hun levensonderhoud kunnen voorzien.
De resultaten in 2019
Uit ons onderzoek blijkt dat de indicator onvoldoende duidelijk en specifiek is geformuleerd: het is niet duidelijk wat onder uitkeringsschuld wordt verstaan en wie hieronder vallen. De indicator is redelijk betrouwbaar tot stand gekomen. Ook is de indicator onvoldoende relevant. De indicator is lastig te interpreteren door de verschillende factoren die van invloed kunnen zijn op het verloop van het aantal mensen met een uitkeringsschuld. Hierdoor is er ook geen eenduidige relatie tussen de indicator en het bovenliggende doel van de gemeente: het bieden van financiële bestaanszekerheid en inkomenszekerheid aan mensen. Tot slot is de indicator onvoldoende toegelicht in de begroting.
Toegang tot ambulante ondersteuning en dagbesteding
- Sociaal domein
- Wmo en zorg
Toegang tot ambulante ondersteuning en dagbesteding
Over dit onderzoek
De gemeente is sinds 1 januari 2015 geheel verantwoordelijk voor de Wmo. De gemeente had ook vóór 1 januari 2015 al taken in het kader van deze wet, zoals woningaanpassing, vervoersmiddelen en hulp in het huishouden. Per 2015 zijn een aantal taken naar de gemeente gedecentraliseerd, waaronder ambulante ondersteuning, dagbesteding en beschermd wonen. In Toegang tot ambulante ondersteuning en dagbesteding onderzochten we of de toegang tot de ambulante ondersteuning en dagbesteding goed functioneerde. We keken of de gemeente Amsterdam zicht heeft op deze toegang. Daarnaast beantwoorden we de vraag of de gemeente voldoende heeft gedaan om problemen te verhelpen die in dit veld speelden.
De resultaten in 2019
Het college heeft geen expliciete doelen geformuleerd voor de toegang tot ambulante ondersteuning en dagbesteding. Het gevolg is dat het college ook weinig informatie verzamelt. In het inkoopdocument zijn nog wel uitgangspunten geformuleerd, maar die zeggen alleen iets over het proces van toegang.
Toegankelijkheid van stemlocaties
- Bestuur en ondersteuning
- Burgerparticipatie
- Overige bestuurlijke zaken
- Sociaal domein
Toegankelijkheid van stemlocaties
Over het onderzoek
Bijna 100.000 Amsterdammers hebben een lichamelijke beperking en zo’n 150.000 Amsterdammers hebben een verstandelijke of psychische beperking. Al deze inwoners kunnen knelpunten ervaren in het zelfstandig uitbrengen van hun stem. Knelpunten zijn bijvoorbeeld trappen, drempels en ontbrekende geleidelijnen bij stemlokalen, maar ook moeilijk te begrijpen of ontbrekende informatie over toegankelijkheid. In dit onderzoek wilden we nagaan in hoeverre de gemeente Amsterdam ervoor zorgde dat alle burgers die mochten stemmen, ook konden stemmen.
Resultaten in 2019
Slechts 7 van de 80 door ons bezochte stemlocaties voldoen aan alle eisen van toegankelijkheid. In 73 van de 80 locaties is er iets aan de hand. Ook 60% van de voorzitters van de stembureaus melden bijzonderheden over de toegankelijkheid. Stemlocaties zijn over het algemeen redelijk te bereiken en te betreden, maar we constateren ook problemen; zelfs bij locaties die volgens de gemeente volledig toegankelijk zijn. Op de stempas staat slechts beperkte informatie over de toegankelijkheid en digitale links op webpagina’s zijn niet altijd duidelijk.
Bruikbaarheid van indicatoren: Hulp aan statushouders
- Begroting en rekening
- Bestuur en ondersteuning
- Sociaal domein
- Welzijn
- Wmo en zorg
Bruikbaarheid van indicatoren: Hulp aan statushouders
Over het onderzoek
In Nederland moeten gemeenten met indicatoren laten zien hoe zij hun beleid uitvoeren. De indicatoren van de gemeente Amsterdam staan in een doelenboom. We onderzochten in Bruikbaarheid van indicatoren of de indicatoren van de gemeente Amsterdam zorgden voor een helder, relevant en bruikbaar inzicht van door haar behaalde activiteiten en doelen. Konden raadsleden en geïnteresseerde burgers de inzichten uit de doelenboom goed gebruiken? We onderzochten vijf indicatoren uitgebreider. Dit eerste deelonderzoek gaat over hulp aan statushouders.
Deze indicator is geformuleerd voor de activiteit van de gemeente om statushouders drie jaar lang te helpen op het moment dat ze in Amsterdam komen wonen, door hen bijvoorbeeld intensief te begeleiden bij het leren van Nederlands en het vinden van werk.
De resultaten in 2019
Uit ons onderzoek blijkt dat deze indicator onvoldoende duidelijk, specifiek en begrijpelijk is beschreven in de begroting. Lezers die meer zouden willen weten over de indicator van het helpen van statushouders, kunnen hierover weinig informatie vinden in dat document. Ook wordt met de indicator niet duidelijk hoe de gemeente de hulp aan statushouders effectief uitvoert.
Jeugdhulp in Zaanstad
- Bestuur en ondersteuning
- Financieel beheer
- Niet-financiële bedrijfsvoering
- Sociaal domein
- Wmo en zorg
Jeugdhulp in Zaanstad
Over het onderzoek
Sinds 2015 zijn de gemeenten verantwoordelijk voor jeugdhulp. Eerder waren dit de stadsregio en het Rijk. Door deze verandering zou het aanbod van jeugdhulp eenvoudiger, efficiënter en effectiever worden. Ook zou het financieel voordelig zijn. In het najaar van 2018 bleek dat de kosten voor de jeugdhulp in Zaanstad erg opliepen. Inmiddels heeft de jeugdhulp in Zaanstad een tekort van € 3,9 miljoen. In dit onderzoek willen we laten zien hoe dit tekort is ontstaan en wat de gemeente ertegen wil doen. Ook onderzoeken we hoe de gemeente Zaanstad is omgegaan met de aanbevelingen van ons onderzoek uit 2015.
De resultaten
De gemeente Zaanstad heeft het tekort op de jeugdhulpverlening in 2018 niet goed in beeld. Het college heeft eerder aan de raad een tekort van € 3,9 miljoen gemeld. Wij komen op een tekort van € 5,9 miljoen. We concluderen verder dat de gemeente onvoldoende zicht heeft op de oorzaken voor de tekorten op de jeugdhulp. Dit komt doordat de ontwikkeling van het gebruik van en de kosten voor specialistische jeugdhulp niet goed in beeld zijn.
Subsidies maatschappelijke en bewonersinitiatieven
- Burgerparticipatie
- Sociaal domein
- Uitkeringen en arbeid
- Wmo en zorg
Subsidies maatschappelijke en bewonersinitiatieven
Over het onderzoek
Sinds half 2016 kunnen de stadsdelen in Amsterdam subsidies verstrekken voor maatschappelijke en bewonersinitiatieven. In Subsidies maatschappelijke en bewonersinitiatieven onderzochten we in hoeverre deze subsidies doelmatig, doeltreffend en rechtmatig worden besteed, en in welke mate de subsidieaanvragers tevreden zijn over de facilitering door de gemeente.
De resultaten in 2018
We hebben per stadsdeel in beeld gebracht hoe ze omgaan met maatschappelijke en bewonersinitiatieven. Zowel de werkwijzen als de subsidiebudgetten verschillen per stadsdeel. In 2017 hebben de stadsdelen tezamen bijna 1.600 initiatieven ondersteund. We concluderen dat het beleid om initiatieven te ondersteunen redelijk doeltreffend is geweest. Het is echter wel de vraag of de initiatieven ook hebben geleid tot het realiseren van de beoogde doelen. Een overkoepelende analyse van de behaalde resultaten ontbreekt. Ook heeft de gemeente geen goed beeld van de organisatorische doelmatigheid, omdat er geen enkel inzicht is in de uitvoeringskosten. Verder zagen we dat veel initiatiefnemers niet tevreden zijn over de ondersteuning. Dit heeft te maken met de vele ingewikkelde regels en de tekortschietende informatievoorziening.
G4-brief Maatschappelijke opvang
- Sociaal domein
- Wmo en zorg
G4-brief Maatschappelijke opvang
Over het onderzoek
De rekenkamers van Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht schreven op basis van hun lokale rapporten over de opvang van dak- en thuislozen een gezamenlijke brief aan de leden van hun gemeenteraden.
De resultaten in 2018
In deze G4-brief benoemen de rekenkamers vier knelpunten die bij de vier centrumgemeenten spelen:
- Gemeenten leveren onvoldoende passende ondersteuning bij de meestal zeer complexe problematiek van cliënten. Nog te vaak staat niet de cliënt, maar het systeem met allerlei regels en criteria centraal.
- Er zijn tekorten wat betreft opvangbedden en passende en betaalbare woonruimte binnen en buiten de opvangketen.
- De sturingsinformatie is bij alle gemeenten van wisselende kwaliteit.
- Sommige van de G4-gemeenten hebben in de organisatie van opvang en ondersteuning onvoldoende aandacht voor leren, verbeteren en innoveren.
Ook staan in de brief bestaande en nieuwe verbeteringen van de individuele steden, zodat steden onderling van elkaar kunnen leren.
Nazorg aan gedetineerden (2018)
- Sociaal domein
- Veiligheid
- Veiligheid
- Wmo en zorg
Nazorg aan gedetineerden (2018)
Over het onderzoek
In dit opvolgingsonderzoek zijn we nagegaan op welke wijze het college invulling heeft gegeven aan de aanbevelingen uit Nazorg aan gedetineerden (2013).
De resultaten in 2018
Uit ons opvolgingsonderzoek blijkt dat het college de aanbevelingen voortvarend heeft opgepakt en aanzienlijke verbeteringen heeft doorgevoerd. Sinds de publicatie van ons onderzoek in 2013 zijn er echter verschillende ontwikkelingen geweest die een grote invloed hebben op het nazorgbeleid en ertoe hebben geleid dat het college een aantal aanbevelingen niet (geheel) heeft kunnen opvolgen.
Wachten op opvang
- Sociaal domein
- Wmo en zorg
Wachten op opvang
Over het onderzoek
In Wachten op opvang onderzochten we twee opvangketens: opvang van dak- en thuisloze (maatschappelijke opvang) en beschermd wonen. In Amsterdam hebben in 2016 ten minste 1.612 daklozen zich gemeld bij de gemeente om toegang te krijgen tot maatschappelijke opvang. Voor beschermd wonen meldden hulpverleners 1.246 cliënten aan. Niet iedereen die zich meldt krijgt ook toegang tot opvang. En als is besloten dat cliënten recht hebben op opvang, moeten zij in de praktijk vaak wachten op een plaats in een voorziening. We onderzochten in hoeverre het gemeentebestuur een adequate toegang realiseerde tot de opvang voor (dreigend) dak- en thuislozen. En in hoeverre dit bestuur in voldoende mate de belemmeringen wegnam om uit de opvangketen in-, door- en uit te stromen.
De resultaten in 2017
Het college spant zich in om de maatschappelijke opvang en het beschermd wonen op passende en integrale wijze te bieden aan iedereen die daar recht op heeft. In 2016 werden ruim 3.500 mensen opgevangen. Toch is het voor daklozen en mensen met een psychiatrische problematiek niet eenvoudig om een opvangplaats te krijgen die past bij hun situatie. Het toegangsproces is complex en door gebrek aan opvangplaatsen moeten zij gemiddeld een jaar wachten. Verandert hun situatie op enig moment nadat ze geplaatst zijn, dan worden cliënten opnieuw op een wachtlijst gezet. Het college heeft geen zicht op de effectiviteit van de ondersteuning en door het vele wachten en de tekortschietende ondersteuning wordt de zorg nodeloos duur en kunnen mensen hun situatie niet verbeteren.
Armoedebeleid voor kinderen
- Sociaal domein
- Uitkeringen en arbeid
Armoedebeleid voor kinderen
Over het onderzoek
Het Amsterdamse armoedebeleid kent een groot aantal maatregelen die betrekking hebben op verschillende doelgroepen. In Armoedebeleid en de impact op kinderen onderzoeken we op welke wijze het armoedebeleid van de gemeente Amsterdam bijdraagt aan het meedoen van alle Amsterdammers, ongeacht de dikte van de portemonnee. Daarbij willen we inzichtelijk maken wie wel en wie niet profiteren van het gemeentelijke armoedebeleid en de intensivering daarvan. Verder willen we zicht krijgen op de impact van enkele op kinderen gerichte maatregelen op het goed mee kunnen doen in de maatschappij.
De resultaten in 2017
We concluderen dat de kindregelingen positieve effecten hebben op kinderen. De Scholierenvergoeding in combinatie met de Stadspas laat een positief effect zien op de schoolprestaties van leerlingen. We zijn kritisch op de toegevoegde waarde van de PC-regeling. Ook zien we voor minimakinderen enkele knelpunten rond het diplomazwemmen. Verder constateren we dat er veel minder extra geld bij de minima is terechtgekomen door gebrek aan regie en overzicht dan in het coalitieakkoord werd beoogd.
Subsidies bewonersondersteuning
- Burgerparticipatie
- Sociaal domein
- Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing
- Wonen
Subsidies bewonersondersteuning
Over het onderzoek
De gemeente wil bewonersondersteuning en belangenbehartiging aanbieden als basisvoorziening aan alle Amsterdammers. Voor deze basisvoorziening ontvangen ASW/WSWonen (thans !Woon), de Huurdersvereniging Amsterdam (HA) en het Emil Blaauw Proceskostenfonds jaarlijks een subsidie. We onderzochten hoe de gemeente borgt dat de beschikbaar gestelde subsidies doeltreffend, doelmatig en rechtmatig worden besteed. De ASW en HA waren organisatorisch sterk aan elkaar verbonden. De gemeente wilde de organisatorische banden tussen de ASW en HA ontvlechten. Wij hebben in dit onderzoek tevens bekeken hoe de gemeente dit proces heeft aangestuurd.
De resultaten in 2017
We constateren dat de subsidieaanvragen voldoende informatie bevatten om te beoordelen of de activiteiten van de instellingen aansluiten op het gemeentelijk beleid. De informatie om de doelmatigheid van het beleid en de doelmatigheid van de bedrijfsvoering van de instellingen te beoordelen, is echter nog onvoldoende of wordt te weinig gebruikt. Het ontvlechtingsproces van de Huurdersvereniging Amsterdam (HA) en ASW (thans !WOON) had beter gekund.
Armoedebeleid in Amsterdam (2016)
- Sociaal domein
- Uitkeringen en arbeid
Armoedebeleid in Amsterdam (2016)
Over het onderzoek
In Armoedebeleid in Amsterdam onderzochten we de doeltreffendheid, doelmatigheid en rechtmatigheid van de inzet van inkomensondersteunende maatregelen. In 2016 voerden we het tweede opvolgingsonderzoek uit. Hierin zijn we nagegaan op welke wijze het college van burgemeester en wethouders invulling heeft gegeven aan de aanbevelingen uit het onderzoek uit 2010.
De resultaten in 2016
Uit dit tweede opvolgingsonderzoek bleek dat drie aanbevelingen niet waren uitgevoerd.
Aansturing welzijnsinstellingen (2016)
- Sociaal domein
- Welzijn
Aansturing welzijnsinstellingen (2016)
Over het onderzoek
In dit opvolgingsonderzoek gingen we na in hoeverre onze aanbevelingen uit Aansturing welzijnsinstellingen (2012) zijn opgevolgd door het college.
De resultaten in 2016
Sinds 2012 is de aansturing van welzijnsinstellingen substantieel gewijzigd. In dit opvolgingsonderzoek signaleren we dat verschillende knelpunten uit ons oorspronkelijke rapport (2012) nog steeds relevant zijn. Daarnaast leidt de gewijzigde context tot nieuwe knelpunten.
Mantelzorgondersteuning (2016)
- Sociaal domein
- Wmo en zorg
Mantelzorgondersteuning (2016)
Over het onderzoek
Met de decentralisaties op het gebied van jeugd, zorg en werk zijn gemeenten per 2015 verantwoordelijk geworden voor nieuwe taken en doelgroepen. Naar aanleiding van de verkenning Vernieuwing van het sociaal domein (2013) besloten we de voorbereiding en invoering van drie decentralisaties te monitoren. Mantelzorgondersteuning maakt daar deel van uit.
De resultaten in 2016
De belangrijkste conclusie is dat er binnen de gemeente Amsterdam veel gebeurt op het gebied van mantelzorgondersteuning, maar dat het mist aan richting en overzicht. Doelen zijn niet helder geformuleerd, het is lastig om greep te houden op de ingezette activiteiten en met name het beschikbare budget van de stadsdelen is onvoldoende transparant. Daarnaast bestaat er geen stadsbreed inzicht in geleverde prestaties en resultaten. Daardoor kan de effectiviteit van het gehele mantelzorgbeleid alleen worden beoordeeld op grond van een vierjaarlijkse steekproef. Ten slotte concluderen we dat er meer maatwerk nodig is bij het aanbieden van ondersteuning voor de mantelzorgers.
Privacy van burgers met hulpvraag
- Begroting en rekening
- Bestuur en ondersteuning
- Overige bestuurlijke zaken
- Sociaal domein
- Wmo en zorg
Privacy van burgers met hulpvraag
Over het onderzoek
De gemeente is vanaf januari 2015 verantwoordelijk voor bijna alle jeugdhulp. Ook heeft ze haar werkwijze aangepast. Om haar taken te kunnen doen, verzamelde de gemeente op verschillende terreinen veel gegevens van haar burgers (met een hulpvraag). In het onderzoek Privacy van burgers met een hulpvraag onderzochten we de balans tussen gegevensverwerking om hulp te kunnen verlenen en de bescherming van privacy van de burger.
Resultaten in 2016
Uit het onderzoek blijkt dat actueel privacybeleid ontbreekt, taken en verantwoordelijkheden nog onvoldoende zijn afgebakend en de naleving van privacyregels niet structureel wordt getoetst. Bovendien zijn hulpverleners niet altijd op de hoogte over hoe zij moeten handelen en worden burgers niet altijd geïnformeerd over hun privacyrechten.
Subsidies diversiteit
- Burgerparticipatie
- Sociaal domein
Subsidies diversiteit
Over het onderzoek
In de coalitieakkoorden 2010-2014 en 2014-2018 is veel aandacht voor diversiteit. De ambities zijn vertaald in veel verschillende beleidskaders. De beleidsnotities zijn gelieerd aan de vijf resultaatgebieden: anti-discriminatie, homo-emancipatie, vrouwenemancipatie, antiradicalisering en burgerschap. We onderzochten diverse subsidies in het kader diversiteit. Het doel van het onderzoek was inzicht te krijgen in de mate waarin een doeltreffende besteding van subsidies voor diversiteit is geborgd.
De resultaten in 2016
We zien dat er door de komst van het Subsidiebureau Amsterdam en het gebruik van een centraal subsidiebeheersysteem meer aandacht is gekomen voor een doeltreffende besteding van subsidies. Echter door de vele verschillende beleidskaders met ruime doelstellingen is de doeltreffende besteding van subsidies voor diversiteit nog niet voldoende geborgd. Ons onderzoek laat verder zien dat er nog veel inspanningen nodig zijn om het subsidieproces te verbeteren.
Verscherpt toezicht op DWI (2015)
- Bestuur en ondersteuning
- Financieel beheer
- Sociaal domein
- Uitkeringen en arbeid
Verscherpt toezicht op DWI (2015)
Over het onderzoek
Op 27 november 2012 besloot het college van B en W om Dienst Werk en Inkomen (DWI) onder financieel toezicht te plaatsen. In 2014 hebben we een eerste verkenning naar dit toezicht uitgevoerd. Vanwege de reorganisatie, de decentralisaties en de overgang naar het Amsterdams Financieel Systeem (AFS) kondigden we toen aan dat we begin 2015 nogmaals zouden kijken naar de stand van zaken. Dit resulteerde in het tweede monitoringsonderzoek Financieel toezicht op DWI. Tweede monitor.
Resultaten in 2015
Onze hoofdconclusie bij de tweede monitor is dat de financiële basisstructuur bij DWI en het vermogen goede prognoses op te stellen in 2014 is verbeterd. Maar door onder meer de grote ambtelijke reorganisatie per 1 januari 2015 stagneert het verbeterings- en borgingsproces. Op onderdelen was er zelfs een terugval te zien.
Sociale werkvoorziening in Amsterdam (2015)
- Bestuur en ondersteuning
- Deelnemingen en samenwerking
- Sociaal domein
- Uitkeringen en arbeid
Sociale werkvoorziening in Amsterdam (2015)
Over het onderzoek
Begin 2010 stonden sociale werkplaatsen voor grote beleidsmatige veranderingen met grote financiële gevolgen. In Sociale werkvoorziening in Amsterdam (2011) onderzochten we de voorbereiding op deze veranderingen door de gemeente en Pantar. Ook keken we naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van de sociale werkvoorziening. In 2015 voerden we een opvolgingsonderzoek uit, waarin we nagingen in welke mate uitvoering is gegeven aan de aanbevelingen uit het rapport uit 2011.
Resultaten in 2015
Uit het onderzoek blijkt dat het college serieus aan de slag is gegaan met onze aanbevelingen. Het college heeft de extra tijd die ontstond voor de invoering van de Participatiewet benut om zich goed voor te bereiden. Naar aanleiding van de aanbevelingen die niet helemaal zijn uitgevoerd, brachten we twee punten onder de aandacht van de raad.
Transformatie zorg voor de jeugd Zaanstad
- Sociaal domein
- Wmo en zorg
Transformatie zorg voor de jeugd Zaanstad
Over het onderzoek
Sinds 1 januari 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor taken op het gebied van jeugdzorg. Hiervóór was dit de verantwoordelijkheid van het Rijk, de stadsregio en de zorgverzekeraars. Nu is de gemeente verantwoordelijk voor het hele scala van preventie, ondersteuning, hulp en (open en gesloten) zorg bij opgroeien en opvoeden, psychische problemen en stoornissen van jeugdigen. Het Rijk wil dat de jeugdzorg door deze nieuwe manier van werken eenvoudiger, efficiënter en effectiever wordt. Wij onderzoeken hoe de gemeente Zaanstad zich heeft voorbereid op het nieuwe jeugdstelsel. Daarbij besteden we ook aandacht aan de Jeugdteams.
De resultaten
We concluderen dat de gemeente nog beter rekening kan houden met de kansen en risico’s om te komen tot een doeltreffende en doelmatige zorg voor de jeugd.
Mantelzorgondersteuning (2014)
- Sociaal domein
- Wmo en zorg
Mantelzorgondersteuning (2014)
Over het onderzoek
Met de decentralisaties op het gebied van jeugd, zorg en werk zijn gemeenten per 2015 verantwoordelijk geworden voor nieuwe taken en doelgroepen. Naar aanleiding van de verkenning Vernieuwing van het sociaal domein (september 2013) besloten we de voorbereiding en invoering van de drie decentralisaties te monitoren. Dit onderzoek naar mantelzorgondersteuning maakt daar deel van uit. We spraken met vertegenwoordigers van raadsfracties, uitvoerende organisaties, expertisecentra en belangenorganisaties. Hier kwamen signalen uit voort, die we via een rekenkamerbrief deelden met de gemeenteraad.
De resultaten in 2014
De belangrijkste conclusie is dat er binnen de gemeente Amsterdam veel gebeurt op het gebied van mantelzorgondersteuning, maar het mist aan richting en overzicht.
Transformatie zorg voor de jeugd
- Sociaal domein
- Wmo en zorg
Transformatie zorg voor de jeugd
Over het onderzoek
Per 1 januari 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor de jeugdzorgtaken. Tot die tijd was dit de verantwoordelijkheid van het Rijk en de stadsregio. Maar vanaf 1 januari 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor preventie, hulp en zorg bij opvoeden en opgroeien, psychische problemen en stoornissen bij jeugdigen. Met de overdracht van taken wil het Rijk dat de zorg voor de jeugd eenvoudiger, efficiënter en effectiever wordt. Dit moet worden bereikt door een andere manier van werken. Hierbij wordt meer ingezet op preventie en de eigen kracht van burgers. We onderzochten samen met de rekenkamers van Den Haag, Rotterdam en Utrecht de voorbereiding van de G4-gemeenten op de decentralisatie van de jeugdzorg
De resultaten in 2014
De gemeente Amsterdam heeft geen volledig overzicht van de belangrijkste risico’s van het nieuwe zorgstelsel. Zo signaleerden wij een aantal risico’s uit de proeftuinen die niet in beeld zijn gebracht in de risicorapportages. Daarnaast blijken risicobeheersmaatregelen niet altijd effectief. En is er nog ruimte voor beter leren, want de gemeente deelt en benut opgedane kennis traag.
Grip op subsidies
- Bestuur en ondersteuning
- Cultuur
- Financieel beheer
- Sociaal domein
- Sport en recreatie
- Sport, cultuur en recreatie
- Wmo en zorg
Grip op subsidies
Over het onderzoek
In 2014 onderzochten we de gemeentelijke subsidieorganisatie. Daarbij zijn we nagegaan in hoeverre zaken in opzet goed zijn geregeld. Reden hiervoor is de wens van zowel de gemeenteraad als het college om de subsidies efficiënter te besteden. In het onderzoek hebben we beoordeeld of de gemeente over een goed juridisch kader beschikt. Ook bekeken in hoeverre de gemeente een heldere visie heeft op het subsidie-instrument.
De resultaten in 2014
De gemeentelijke subsidieorganisatie zat in 2014 in een veranderingsproces. Om de interne efficiëntie te vergroten werd een stedelijk subsidiebureau opgericht en stelde de gemeenteraad de Algemene Subsidieverordening Amsterdam (ASA 2013) vast. We concluderen dat de gemeente formeel onvoldoende onderzoeksmogelijkheden heeft om de doelmatigheid en doeltreffendheid van subsidies te controleren. Verder zien we dat de gemeente nog veel processen moet uitwerken in instructies. Ook ontbreekt een samenhangend visiedocument waarin staat wanneer de gemeente het subsidie-instrument inzet, hoe zij de subsidies controleert en bijstuurt en hoe zij borgt dat subsidieregelingen periodiek worden geëvalueerd. Dit onderzoek heeft een vervolg gekregen met nader onderzoek naar de doeltreffendheid en doelmatigheid van enkele specifieke subsidies.
Verscherpt toezicht op DWI (2014)
- Bestuur en ondersteuning
- Financieel beheer
- Sociaal domein
- Uitkeringen en arbeid
Verscherpt toezicht op DWI (2014)
Over het onderzoek
De gemeente dreigde eind 2012 een deel van het participatiebudget aan het Rijk te moeten terugbetalen, doordat de Dienst Werk en Inkomen (DWI) geen goede prognoses had opgeleverd. Dit was aanleiding voor het college van burgemeester en wethouders om DWI onder verscherpt financieel toezicht te stellen. In deze verkenning probeerden we een indruk te krijgen van de wijze waarop het financieel toezicht bij DWI is opgezet en hoe dit heeft gefunctioneerd.
Resultaten in 2014
Uit ons verkennend onderzoek bleek dat het ingestelde toezicht nauwgezet de resultaten van het verbeterplan volgde en dat DWI de nodige verbeteringen had doorgevoerd. DWI bleek beter in staat de prognoses te beheersen. Op andere punten, zoals bij het Re-integratiebedrijf Amsterdam en de financiële infrastructuur, zijn nog verbeteringen noodzakelijk.
Armoedebeleid in Amsterdam (2014)
- Sociaal domein
- Uitkeringen en arbeid
Armoedebeleid in Amsterdam (2014)
Over het onderzoek
In Armoedebeleid in Amsterdam onderzochten we de doeltreffendheid, doelmatigheid en rechtmatigheid van de inzet van inkomensondersteunende maatregelen. In 2014 voerden we het eerste opvolgingsonderzoek uit. Hierin zijn we nagegaan op welke wijze het college van burgemeester en wethouders invulling heeft gegeven aan de aanbevelingen uit het onderzoek uit 2010.
De resultaten in 2014
Uit dit eerste opvolgingsonderzoek bleek dat zeven van de tien aanbevelingen nog in uitvoering waren en er niet één volledig was uitgevoerd.
Buurtbegroting Oost
- Bestuur en ondersteuning
- Burgerparticipatie
- Overige bestuurlijke zaken
- Sociaal domein
Buurtbegroting Oost
Over het onderzoek
De buurtbegroting van stadsdeel Oost is een website waarop de activiteiten en bijbehorende financiële inzet voor buurten staan. In 2013 was de buurbegroting nog in ontwikkeling. Wij onderzochten in hoeverre dit instrument nuttig is voor raadsleden van andere stadsdelen en de centrale stad.
Resultaten in 2013
De buurtbegroting is in eerste instantie ontwikkeld ter ondersteuning van de ambtelijke organisatie die zich bezighoudt met het gebiedsgericht werken in stadsdeel Oost. Maar ook voor de (stadsdeel)raad kan het een zinvol instrument zijn. Het is een (eerste uitvoerige) pilot om met de inzet van digitale hulpmiddelen de afstand tussen de abstracte kaders uit de begroting en de concrete uitvoering te overbruggen. De pilot maakt duidelijk dat het mogelijkheden biedt om de raad te ondersteunen bij de controlerende en volksvertegenwoordigende taken. Minder bruikbaar is de buurtbegroting bij vervulling van de kaderstellende rol.
De Wmo in Zaanstad (2013)
- Sociaal domein
- Wmo en zorg
De Wmo in Zaanstad (2013)
Over het onderzoek
In dit opvolgingsonderzoek onderzoeken we de wijze waarop het college van B en W uitvoering heeft gegeven aan de aanbevelingen uit het onderzoek De Wmo in Zaanstad. Het persoonsgebonden budget voor huishoudelijke hulp (april 2009). Dit rapport bevat veertien aanbevelingen gericht op het verbeteren van het beleid en de uitvoering van de persoonsgebonden budgetten (Pgb’s) voor huishoudelijke hulp in Zaanstad.
De resultaten
Wij concluderen op grond van dit opvolgingsonderzoek dat het overgrote deel van de aanbevelingen, 10 van de 14, volledig is uitgevoerd. Hierdoor is het onder andere niet meer mogelijk dat verzorgingstehuizen als gezamenlijke Pgb-houder kunnen optreden voor hun bewoners, waardoor de rechtsongelijkheid is afgenomen.
De Wmo in Amsterdam (2013)
- Sociaal domein
- Wmo en zorg
De Wmo in Amsterdam (2013)
Over het onderzoek
In 2009 onderzochten we hoe de gemeente Amsterdam de persoonsgebonden budgetten (Pgb’s) voor huishoudelijke hulp verstrekte. In dit opvolgingsonderzoek gingen we na wat het college heeft gedaan met onze aanbevelingen.
De resultaten in 2013
Het college heeft vijf van de tien aanbevelingen volledig uitgevoerd. De andere aanbevelingen zijn niet of gedeeltelijk uitgevoerd of inmiddels achterhaald. We komen tot de conclusie dat er voldoende reden is om de Pgb’s voor huishoudelijke hulp nog eens nader te onderzoeken. Hierbij hebben we het college twee specifieke aandachtspunten meegegeven.
Vernieuwing sociaal domein
- Sociaal domein
- Uitkeringen en arbeid
Vernieuwing sociaal domein
Over het onderzoek
In 2013 voerden wij een verkenning uit naar de vernieuwing in het sociaal domein. De aanleiding voor deze verkenning was dat het sociaal domein een groot en complex veranderingsproces onderging, waarmee veel Amsterdammers te maken zouden krijgen en waarmee veel geld is gemoeid. Het belang van het sociaal domein groeit. Geschat werd dat het gemeentelijke inkoopbudget in 2015 voor circa 55% naar het sociale domein zou gaan, terwijl dit in de jaren negentig nog 25% was. Door de toenemende taken vanuit de decentralisatie van jeugd, ABWZ en participatie kreeg de raad ook een grotere kaderstellende en controlerende rol in het sociaal domein.
De resultaten in 2013
Er is nog zoveel in beweging in het sociaal domein, dat het volgens ons nu niet zinvol is om een diepgaand onderzoek in te stellen. De veranderingen in het sociaal domein zijn verstrekkend en we vinden het dan ook belangrijk om hierbij een vinger aan de pols te houden. Dat doen we door in onze rekenkamerbrief een aantal aandachtspunten en risico’s te noemen die de aandacht van de raad verdienen. En we gaan de voorbereiding en invoering van de drie decentralisatie in Amsterdam op verschillende momenten monitoren.
Schuldhulpverlening (centrale stad)
- Sociaal domein
- Wmo en zorg
Schuldhulpverlening (centrale stad)
Over het onderzoek
In Schuldhulpverlening in Bos en Lommer en Zuidoost (2007) constateerden we een aantal knelpunten op het gebied van schuldhulpverlening. De gemeente had met name geen goed zicht op het succes van de uitgevoerde trajecten. In 2013 onderzochten we in hoeverre de resultaten van de schuldhulpverlening anno 2013 inzichtelijk waren en op welke wijze hierover gegevens verzameld werden.
De resultaten in 2013
De gemeente is op de goede weg met het verzamelen van informatie over de geleverde prestaties, succes- en faalfactoren bij deze prestaties en de bereikte effecten. De nieuwe schuldhulpverleningsmonitor maakt de prestaties en resultaten van de schuldhulpverlening namelijk op een gedetailleerd niveau inzichtelijk. Naast deze kwantitatieve gegevens worden kwalitatieve gegevens verzameld door (een) kwaliteitsconsulent, klanttevredenheidsonderzoeken en klachtenoverzichten. Tot slot worden de verzamelde gegevens besproken in kwartaaloverleggen.
Nazorg aan gedetineerden (2013)
- Sociaal domein
- Veiligheid
- Veiligheid
- Wmo en zorg
Nazorg aan gedetineerden (2013)
Over het onderzoek
De gemeente Amsterdam onderneemt veel activiteiten waarvan gedetineerden baat kunnen hebben bij terugkomst in de samenleving. Hoewel de Top600-aanpak wellicht de meest bekende is, heeft Amsterdam ook een reguliere aanpak die gebaseerd is op landelijke afspraken. Door de voortdurende politieke en maatschappelijke belangstelling voor veiligheid en het voorkomen van recidive, besloten we hier een onderzoek naar uit te voeren.
De resultaten in 2013
We concluderen dat een helder integraal beleidskader en bijbehorend budget ontbreekt, en dat de samenhang onduidelijk is tussen het reguliere nazorgbeleid, het bestaand beleid voor bijzondere doelgroepen en de algemene voorzieningen. De huidige nazorg kan dus beter.
Gemeentelijke regie in het jeugddomein
- Sociaal domein
- Wmo en zorg
Gemeentelijke regie in het jeugddomein
Over het onderzoek
Door de overheveling van taken van het Rijk en de stadsregio naar de gemeente wordt de gemeente Amsterdam in 2015 verantwoordelijk voor een fors budget voor de jeugdzorg. Dit stelt steeds hogere eisen aan de regievoering door de gemeente. Wij onderzochten twee reguliere aanpakken binnen het jeugddomein: de aanpak van risicojongeren in de jeugdnetwerken 12+ en de aanpak van risico- en multiprobleemgezinnen. Daarnaast onderzochten we hoe de gemeente haar regiefunctie invult bij de Top600-aanpak en welke lessen daaruit te trekken zijn voor de gemeentelijke regie in het jeugddomein.
De resultaten in 2013
We concluderen dat het informatiesysteem waarin de gemeente al veel investeerde onvoldoende wordt benut. De gemeente voert op veel plekken binnen het jeugddomein regie. Het onderzoek laat zien dat daar nog het nodige kan worden verbeterd. De gemeente heeft haar rol richting externe partners en de taakverdeling tussen stad en stadsdelen niet altijd even helder gedefinieerd. Voor de verbetering van de regierol kan worden gekeken naar de wijze waarop de gemeente regie voert binnen de Top600-aanpak. Daaruit blijkt onder andere dat bestuurlijke aandacht, monitoring van resultaten en commitment van de partners belangrijke elementen zijn voor goede regie.
Zorgwoningen
- Sociaal domein
- Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing
- Wmo en zorg
- Wonen
Zorgwoningen
Over het onderzoek
In Zorgwoningen (2008) onderzochten we het beleid voor zorgwoningen. We keken of de gemeente optimaal gebruikmaakt van de beleidsinstrumenten om de kwantiteit, kwaliteit en toegankelijkheid van het aanbod van zorgwoningen te realiseren. In dit opvolgingsonderzoek gingen we na in hoeverre het college invulling heeft gegeven aan onze negen aanbevelingen uit 2008.
De resultaten in 2012
Twee van de negen aanbevelingen zijn uitgevoerd, drie zijn deels uitgevoerd, van één aanbeveling is de uitvoering onbekend en drie aanbevelingen zijn niet uitgevoerd. Van de drie niet uitgevoerde aanbevelingen, is één aanbeveling in eerste instantie ook niet overgenomen.
Wonen met zorg in Centrum
- Sociaal domein
- Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing
- Wmo en zorg
- Wonen
Wonen met zorg in Centrum
Over het onderzoek
Mensen met een zorgbehoefte, zoals ouderen of personen met een fysieke of medische beperking, hebben extra voorzieningen nodig om zelfstandig te kunnen blijven wonen. In stadsdeel Centrum is 10% van de bevolking ouder dan 65 jaar. In 2030 zal dat 18% zijn. Daardoor zal er een grotere behoefte komen aan aangepaste woningen. De mogelijkheden om nieuwe aangepaste woningen te realiseren zijn beperkt in stadsdeel Centrum. We deden in Zorgwoningen al eerder onderzoek naar huisvesting van senioren en gehandicapten. Reden voor dit nieuwe onderzoek waren de gesignaleerde problemen bij de realisatie van woningen met zorg in het stadsdeel. We onderzochten of het stadsdeel zijn instrumenten voldoende benut.
De resultaten in 2012
Stadsdeel Centrum heeft verschillende instrumenten om wonen met zorg te realiseren. Maar ze benut niet al deze instrumenten. En bij de meeste instrumenten nemen corporaties en zorginstellingen de beslissingen; niet het stadsdeel. Het stadsdeel maakt de beperkingen in het beleid nu onvoldoende duidelijk en geeft onvoldoende aan wat het stadsdeel wel wil en kan bereiken. Het stadsdeel moet daarom duidelijk maken wat wél kan en die instrumenten op een goede manier inzetten.
Welzijn per contract
- Sociaal domein
- Welzijn
Welzijn per contract
Over het onderzoek
In 2009 heeft het stadsdeel centrum voor € 14,6 miljoen aan subsidies verstrekt aan 155 welzijnsorganisaties. De subsidies zijn bedoeld voor welzijn, zorg, sport en diversiteit. Met deze subsidies werden welzijnsactiviteiten uitgevoerd zoals tiener- en jongerenwerk, peuterspeelzaalwerk, koppeling van deelnemers aan vrijwilligers en het geven van opvoedondersteuning. In Welzijn per contract onderzochten we of het beheer van de subsidieverstrekking aan welzijnssubsidies door stadsdeel Centrum in de periode 2008-2010 in orde was.
De resultaten in 2010
De afgelopen jaren heeft het stadsdeelbestuur het subsidieproces verbeterd, maar het blijft worstelen met het uitvoeren daarvan. Zelfs in 2010 lukt het haar maar gedeeltelijk om helder aan te geven wat zij met subsidies wil bereiken en hoe ze dat wil bereiken. Verder heeft het nauwelijks of geen consequenties voor welzijnsorganisaties wanneer zij minder prestaties leveren dan overeengekomen en zorgt de gekozen werkwijze voor hoge lasten voor zowel welzijnsorganisaties als het stadsdeel.
Aansturing welzijnsinstellingen (2012)
- Sociaal domein
- Welzijn
Aansturing welzijnsinstellingen (2012)
Over het onderzoek
Sinds de jaren negentig overheerst bij overheden de gedachte dat als maatschappelijke instellingen voor subsidie in aanmerking willen komen, er duidelijke afspraken nodig zijn over de prestaties die zij leveren. Toentertijd werd gekozen voor een meer ‘zakelijke aansturing’ van de welzijnssector. In Amsterdam zijn de stadsdelen als eerste verantwoordelijk voor de aansturing van het welzijnswerk. Met Aansturing welzijnsinstellingen wilden we nagaan of de aansturing van het welzijnswerk in de andere stadsdelen vergelijkbare knelpunten liet zien als in het onderzoek Welzijn per contract (2010) voor stadsdeel Centrum werden vastgesteld.
De resultaten in 2012
De hoofdconclusie van het onderzoek is dat een aantal hardnekkige nadelen kleefden aan een zakelijke aansturing van welzijnsinstellingen. In de praktijk was een hybride mengvorm ontstaan van een publieke voorziening en maatschappelijke instelling, die niet goed functioneerde.
Wachten op jeugdzorg
- Sociaal domein
- Wmo en zorg
Wachten op jeugdzorg
Over het onderzoek
De afgelopen jaren is door de overheid flink geïnvesteerd in het terugdringen van de wachtlijsten in de jeugdzorg. Tot en met 2009 gold in de jeugdzorg de afspraak dat alle kinderen binnen negen weken na indicatie de zorg moesten krijgen waarop zij recht hebben. Omdat de problematiek van kinderen verschillend kan zijn, zijn vanaf 2010 andere afspraken gemaakt in een Afsprakenkader. Dit onderzoek richt zich op de tweede afspraak uit het Afsprakenkader: de inzet is dat kinderen binnen negen weken de zorg moeten krijgen waarop zij recht hebben. Wij onderzochten samen met de Rekenkamers Den Haag, Oost-Nederland en de Randstedelijke Rekenkamer de kwaliteit van de rapportages van de provincies en stadsregio’s over het aantal kinderen dat (on)verantwoord langer dan negen weken wacht op jeugdzorg.
De resultaten in 2012
Op 1 juli 2011 wachten bijna 2.974 kinderen langer dan negen weken op de jeugdzorg die voor hen nodig is. Dat langer wachten mag, mits een Bureau Jeugdzorg vaststelt dat het verantwoord is. Het is echter onduidelijk hoeveel kinderen (on)verantwoord wachten. De rapportages daarover geven te weinig informatie over omvang en ernst van de wachtlijstproblematiek. Het gevolg is dat de politiek onvoldoende geïnformeerd wordt over kinderen die onverantwoord wachten op jeugdzorg.
Jeugdzorg (2012)
- Sociaal domein
- Wmo en zorg
Jeugdzorg (2012)
Over het onderzoek
In Jeugdzorg (2008) onderzochten we in hoeverre er in Amsterdam vanaf 2005 tot en met 2007 sprake is geweest van een doelmatige en doeltreffende aansturing van, toeleiding naar en uitvoering van licht-pedagogische hulpverlening voor 12- tot 18-jarigen. In dit opvolgingsonderzoek bekeken we in hoeverre onze twaalf aanbevelingen waren uitgevoerd.
De resultaten in 2012
We concluderen dat de gemeente Amsterdam en de stadsdregio in belangrijke mate uitvoering hebben gegeven aan onze aanbevelingen 2008. De gemeente heeft vier van de zes aanbevelingen volledig uitgevoerd en twee gedeeltelijk. De stadsregio heeft vijf van de zes aanbevelingen volledig uitgevoerd en één aanbeveling gedeeltelijk.
Sociale werkvoorziening in Amsterdam (2011)
- Bestuur en ondersteuning
- Deelnemingen en samenwerking
- Sociaal domein
- Uitkeringen en arbeid
Sociale werkvoorziening in Amsterdam (2011)
Over het onderzoek
De aanpassing van de Wet sociale werkvoorziening (wsw) had grote beleidsmatige en financiële gevolgen voor de gemeente. Panter ontvangt van de gemeente subsidie om de wsw uit te voeren. In Sociale werkvoorziening in Amsterdam onderzochten we de voorbereiding door de gemeente en Pantar op de te verwachten veranderingen. Ook keken we naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van de sociale werkvoorziening.
Resultaten in 2011
De gemeente Amsterdam geeft op een redelijke wijze uitvoering aan de Wet sociale werkvoorziening. Maar we zien diverse verbeterpunten. Zo is het beleid voor de sociale werkvoorziening wel doeltreffend, maar uitsluitend gericht op Begeleid Werken en daarmee niet toekomstbestendig. Daarnaast concluderen we dat de doelmatigheid van de uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening moeilijk kan worden beoordeeld. Want er zijn geen heldere gegevens beschikbaar. Ook zien we dat het toezicht beter kan en dat de gemiddelde wachttijd voor sociale werkvoorziening in Amsterdam lang is.
Re-integratiebeleid in Zaanstad
- Sociaal domein
- Uitkeringen en arbeid
Re-integratiebeleid in Zaanstad
Over het onderzoek
Voor de re-integratie van bijstandsgerechtigden is in de periode 2007-2010 gemiddeld € 10,5 miljoen per jaar beschikbaar. Dit budget wordt verstrekt vanuit de doeluitkering van het Rijk voor de Wet werk en bijstand (het zogenaamde werkdeel). We onderzochten de wijze waarop het re-integratiebeleid in Zaanstad is vormgegeven, welke resultaten er met het re-integratiebeleid zijn behaald en op welke wijze de gemeente Zaanstad toezicht houdt op re-integratie bedrijven.
De resultaten
We vinden dat de beleidsformulering van de gemeente Zaanstad op het terrein ven re-integratie kan worden verbeterd, en dat de gemeente meer transparant kan zijn over de behaalde resultaten. Daarnaast kan de gemeente scherper zijn op de uitvoering van het re-integratiebeleid.
Buurtgericht werken
- Bestuur en ondersteuning
- Burgerparticipatie
- Overige bestuurlijke zaken
- Sociaal domein
Buurtgericht werken
Over het onderzoek
Buurt- of gebiedsgericht werken stond al enige tijd op de agenda in Amsterdam. De stadsdelen hebben hierbij vanaf het begin van hun bestaan een belangrijke rol gespeeld. Naar aanleiding van de fusie van de stadsdelen ontstond de angst dat schaalvergroting van de stadsdelen tot een grotere afstand tussen burger en politiek zou leiden. En daarmee het buurtgericht werken zou bedreigen. In Bruggen slaan met buurtgericht werken onderzochten we hoe de stadsdelen buurtgericht werken hebben ingericht, en hoe het succes ervan kon worden bepaald.
Resultaten in 2011
Het beleid is vaak nog niet uitgewerkt en bezuinigingen maken de uitvoering lastig. Ambitieus beleid vraagt om heldere afspraken over te behalen resultaten. De centrale stad en de stadsdelen moeten daarom vanuit een gedeelde visie goede afspraken maken. Bij de uitvoering is een strakke regie vanuit de centrale stad niet nuttig. De kern van buurtgericht werken is loslaten: buurtgericht werken komt vooral in buurten tot stand.
Multi Functioneel Centrum Binnenhof (2012)
- Sociaal domein
- Welzijn
Multi Functioneel Centrum Binnenhof (2012)
Over het onderzoek
Op verzoek van een aantal raadsfracties van het stadsdeel ZuiderAmstel onderzochten we in 2007 of de doelen voor het Multi Functioneel Centrum Binnenhof waren bereikt en hoe het proces was verlopen. In het opvolgingsonderzoek keken we in hoeverre het dagelijks bestuur van het stadsdeel ZuiderAmstel – en sinds mei 2010 stadsdeel Zuid – invulling had gegeven aan onze negen aanbevelingen uit het rapport van 2007.
De resultaten in 2011
Zes van de negen aanbevelingen zijn uitgevoerd, één aanbeveling is deels uitgevoerd en twee aanbevelingen zijn niet uitgevoerd.
Burgerparticipatie in Zaanstad
- Burgerparticipatie
- Sociaal domein
Burgerparticipatie in Zaanstad
Over het onderzoek
De gemeente Zaanstad betrekt al langere tijd haar burgers bij de voorbereiding en uitvoering van beleid. Dit gebeurt onder andere via de wijkoverleggen, klankbordgroepen, informatiebijeenkomsten, wettelijke inspraakprocedures en permanente adviesraden. We onderzochten of de gemeente haar ambities voor burgerparticipatie waarmaakt. Hierbij keken we in het bijzonder naar de burgerparticipatie via wijkoverleggen en klankbordgroepen bij stedelijke projecten. Om de ervaringen van raadsleden, wijkoverleggen en klankbordgroepen te achterhalen heeft de rekenkamer drie enquêtes uitgezet.
De resultaten
We concluderen dat burgerparticipatie via wijkoverleggen en klankbordgroepen in beperkte mate doeltreffend is. De doelstellingen van burgerparticipatie zijn niet meetbaar geformuleerd. De ambtelijke organisatie onderbouwt in startnotities onvoldoende waarom burgerparticipatie wordt toegepast. We zien verbeterpunten in de kaderstelling door raad en college en de ambtelijke professionalisering. Ook zien we verbeterpunten op het gebied van verwachtingsmanagement en de terugkoppeling door de gemeente.
Achter de voordeur in Amsterdam
- Bestuur en ondersteuning
- Overige bestuurlijke zaken
- Sociaal domein
- Uitkeringen en arbeid
Achter de voordeur in Amsterdam
Over het onderzoek
We onderzochten de ‘achter de voordeur’ aanpak bij vijf voormalige stadsdelen van de gemeente Amsterdam: Westerpark, De Baarsjes, Bos en Lommer, Slotervaart en Oost-Watergraafsmeer. Er wordt bij deze aanpak in het kader van armoedebeleid bij burgers aangebeld om contact te leggen met hulpbehoevende bewoners. We onderzochten welke maatregelen de stadsdelen namen om armoede in het stadsdeel tegen te gaan en of de ‘achter de voordeur’ aanpak daarbij effectief was.
Resultaten
We constateren dat de vijf onderzochte stadsdelen niet goed lijken te weten wat ze willen met deze aanpak. Duidelijke doelstellingen ontbreken. De kosten per succesvol huisbezoek variëren sterk: van € 513 in stadsdeel Westerpark tot € 5.914 in Bos en Lommer. Informatie over behaalde resultaten en gemaakte kosten voor de huisbezoeken is beperkt en kan deze verschillen niet goed verklaren.
Inburgering
- Begroting en rekening
- Bestuur en ondersteuning
- Burgerparticipatie
- Sociaal domein
Inburgering
Over het onderzoek
In de afgelopen jaren heeft het onderwerp inburgering landelijk en in Amsterdam veel politieke aandacht gekregen. In Amsterdam verliep de invoering van de Wet Inburgering in 2007 moeizaam. Naar aanleiding daarvan stelde de gemeenteraad vragen over de wijze waarop de gemeente tot afspraken kwam met inburgeraars over inburgeringstrajecten. Ook liet het college van B en W diverse onderzoeken uitvoeren. Wij deden een beperkt onderzoek naar de kwaliteit van informatievoorziening aan de gemeenteraad.
De resultaten in 2010
Hoewel de kwaliteit van de informatie in de voortgangsrapportages aan de gemeenteraad de afgelopen jaren is toegenomen, constateren we dat de kwaliteit van de informatie over taal- en inburgeringstrajecten nog niet voldoende is. De informatie aan de raad gaat vooral over het aantal gestarte taal- en inburgeringstrajecten. Aangezien niet alle trajecten met succes worden afgerond, krijgt de raad daarmee onvoldoende inzicht in de resultaten van inburgering. Informatie over de trajecten die inburgeraars met succes afronden, is maar beperkt aanwezig. Doordat de gemeenteraad geen inzicht heeft in de resultaten kan zij ook niet beoordelen of de gemeente het risico loopt een deel van de vergoedingen van het Rijk voor inburgering mis te lopen.
Armoedebeleid in Amsterdam (2010)
- Sociaal domein
- Uitkeringen en arbeid
Armoedebeleid in Amsterdam (2010)
Over het onderzoek
Volgens de Amsterdamse Armoedemonitor 2008 hadden in Amsterdam ongeveer 69.000 huishoudens een laag inkomen. De gemeente Amsterdam voert armoedemaatregelen uit om te voorkomen dat deze huishoudens vanwege financiële belemmeringen onvoldoende kunnen meedoen aan de samenleving. Onderdeel van het armoedebeleid is het verstrekken van inkomensondersteuning. Vanwege de omvang van het aantal huishoudens met een laag inkomen, de financiële omvang van de gemeentelijke inkomensondersteuning en de complexiteit van de uitvoering, onderzochten we in Armoedebeleid in Amsterdam de doeltreffendheid, doelmatigheid en rechtmatigheid van de inzet van inkomensondersteunende maatregelen.
De resultaten in 2010
Met de Armoedemonitor krijgt de gemeente Amsterdam steeds beter grip op de Amsterdamse minimahuishoudens die zij financieel wil ondersteunen. Toch is een deel van deze minima buiten beeld van de gemeente. Wij schatten het werkelijke aantal minimahuishoudens in Amsterdam op ongeveer 80.000 in plaats van 69.000 volgens de Amsterdamse Armoedemonitor. Daardoor schatten we het bereik van de gemeentelijke armoedemaatregelen ook lager (60%) in dan de gemeente (69%). Door verbeterde procedures en controle is het aantal fouten bij financiële steun aan minimahuishoudens sterk afgenomen, maar is de toegankelijkheid om een beroep te doen op gemeentelijke financiële steun verminderd.
Sociale werkvoorzieningen in Zaanstad (2010)
- Bestuur en ondersteuning
- Deelnemingen en samenwerking
- Sociaal domein
- Uitkeringen en arbeid
Sociale werkvoorzieningen in Zaanstad (2010)
Over het onderzoek
De sociale werkvoorziening in Zaanstad biedt mensen met een lichamelijke, psychische of verstandelijke handicap de mogelijkheid om aan de slag te gaan in een volwaardige baan die past bij hun mogelijkheden. Op 5 september 2006 publiceerden we het rapport Sociale werkvoorziening in Zaanstad. Het rapport bevat twaalf aanbevelingen. Drie jaar na publicatie onderzochten we in dit vervolgonderzoek op welke wijze het college van burgemeester en wethouders, de gemeenteraad en het algemeen bestuur van Baanstede uitvoering hadden gegeven aan deze aanbevelingen.
De resultaten
Sinds de verschijning van ons rapport in 2006 is de sociale werkvoorziening gemoderniseerd. Daarnaast is de betrokkenheid van de gemeenten bij de uitvoeringsorganisatie toegenomen, omdat de financiering van sociale werkvoorziening niet langer via het Rijk maar via de gemeente loopt.