Nieuws
Op 24 augustus heeft de Rekenkamer Amsterdam de onderzoeksopzet Duurzame Warmtevoorziening met behulp van warmtenetten gepubliceerd. De rekenkamer gaat onderzoek uitvoeren naar het beleid ten aanzien van de verduurzaming van de warmtevoorziening met behulp van warmtenetten in Amsterdam. De resultaten van het onderzoek zullen naar verwachting in april 2018 worden gepubliceerd.
Op 23 juni 2017 heeft de Rekenkamer Amsterdam de Onderzoeksopzet opvang dak- en thuislozen gepubliceerd. De rekenkamer gaat de toegang tot maatschappelijke opvang en beschermd wonen en de toegang tot opvang van dak- en thuisloze jongeren onderzoeken. Daarnaast onderzoekt de rekenkamer van deze drie opvangketens of er belemmeringen zijn om in te stromen, door te stromen of uit te stromen en in hoeverre het gemeentebestuur in staat is deze belemmeringen weg te nemen. De resultaten van het onderzoek worden naar verwachting eind 2017 gepubliceerd.
Op 1 juni 2017 heeft de Rekenkamer Amsterdam het rapport Subsidies bewonersondersteuning en belangenbehartiging gepubliceerd. De rekenkamer concludeert dat de doeltreffende besteding van de subsidies door de gemeente wordt geborgd, maar dat er nog onvoldoende zicht is op de doelmatigheid. In het rapport is er ook aandacht voor de door de gemeente verlangde veranderingen bij de uitvoerende instellingen. Voor een doeltreffende en doelmatige inzet van subsidiemiddelen is het belangrijk dat die instellingen goed met elkaar samenwerken. Na alle veranderingen is dat nog niet gerealiseerd. Op basis van de bevindingen doet de rekenkamer 6 aanbevelingen. Het rapport wordt op 21 juni besproken in de raadscommissie Wonen.
Op woensdag 10 mei 2017 is de rekenkamerbrief Begrotingscyclus bestuurscommissies uitgebreid besproken in vergadering van de gemeenteraad. De onderzoeksresultaten werden tegelijk behandeld met de brief van bestuurscommissie Nieuw-West en de brief van bestuurscommissie Zuidoost. In de brieven geven zij aan de door ons gesignaleerde knelpunten te delen en het college aanraden om de voorgestelde verbeteringen over te nemen.
Tijdens de vergadering is een motie aangenomen om te onderzoeken of er mogelijkheden zijn om de bestuurscommissies meer middelen te geven waar zij flexibel over kunnen beschikken. Het college heeft toegezegd om bij de uitwerking van bestuurlijk stelsel de rapportage van de rekenkamer en de inhoud van de motie mee te nemen.
Zowel in de raadcommissie Financiën van 19 april als de raadsvergadering van 10 mei is het onderzoek Inhuur met beleid uitvoerig besproken. De raadsleden uitten hun zorgen over de wijze waarop ze geïnformeerd werden over de omvang en aard van de externe inhuur. Ook was er verbazing over de resultaten van de beleidsanalyse van de rekenkamer. Deze typeerde het huidige inhuurbeleid als onvolkomen, complex en warrig. Hoewel er binnen de raad verschillende visies en oplossingsvoorkeuren zijn, is de raad eensgezind om de aanbevelingen op te laten volgen en externe inhuur voortaan de aandacht te geven die het verdient.
De wethouder zegde toe om voor de zomerreces 2017 met een plan van aanpak te komen voor externe inhuur. Op basis hiervan kunnen de raadsleden onderling het politieke gesprek met elkaar aangaan en gezamenlijk zoeken naar een breed gedragen visie op inhuur.
Voor de publicatie van het rapport Zicht op de financiële positie heeft de rekenkamer voor het eerst gebruik gemaakt van een miniwebsite. In een tijd waarin iedereen linkjes deelt en op verschillende schermformaten ‘in een browser’ leest, willen wij experimenteren met een nieuwe vorm voor het rapporteren over de uitkomsten van ons onderzoek. Het grote voordeel van deze vorm is het leesgemak: de vormgeving is gemaakt voor mobiele telefoons, tablets en grotere beeldschermen. In het nieuwe ontwerp hebben we een structuur en vorm gevonden waarmee de lezer door de resultaten kan ‘scannen’ en de voor hem of haar relevante informatie kan vinden. Het is daarvoor niet per se nodig om het rapport van A tot Z te lezen, terwijl dat natuurlijk wel gewoon mogelijk blijft.
Op 19 april 2017 heeft de rekenkamer Amsterdam het rapport Zicht op de financiële positie gepubliceerd. De rekenkamer constateert in dit onderzoek dat het –ondanks de ingezette verbeteringen– nog erg moeilijk is om snel en compact een samenhangend beeld van de financiële positie van de gemeente Amsterdam te verkrijgen. De aanbevelingen richten zich op het verbeteren van de informatie in de jaarstukken over de financiële positie. Dit vereist een analytische aanpak waarin systematisch en transparant met een samenhangend geheel aan kengetallen de financiële positie wordt beschreven en toegelicht. Het rapport wordt op 23 mei besproken in de raadscommissie Financiën.
De heer Van Osselaer heeft namens de fractie van D66 de rekenkamer vijf vragen gesteld naar aanleiding van het onderzoek Canonherziening einde tijdvak – gemeentelijke aanbiedingen onderzocht (2012). In dit onderzoek gingen wij in op het verschil tussen de grondwaarde en de jaarlijkse canon zoals die door de gemeente zijn vastgesteld en zoals die door de drie deskundigen zijn vastgesteld. De rekenkamer heeft deze vijf vragen aan de hand van een grafische analyse beantwoord. Daarnaast hebben we de onderzoeksdata openbaar gemaakt.
Op donderdag 30 maart sprak de raadscommissie Financiën vrij uitgebreid over de rekenkamerbrief Begrotingscyclus bestuurscommissies.
Er was vooral aandacht voor het knelpunt van de beperkte flexibiliteit bij bestuurscommissies. In de huidige situatie wordt pas laat duidelijk over hoeveel budget de bestuurscommissies kunnen beschikken. Het budget sluit niet aan op de taken en problemen in een gebied: het budget staat vast ongeacht de groei en de opgave waar een gebied voor staat. Bovendien beschikken bestuurscommissies steeds over minder eigen middelen waardoor ze niet snel kunnen reageren op vragen vanuit het gebied. Diverse partijen vroegen de wethouder de suggesties van de rekenkamer voor een stelpost of een apart begrotingsprogramma gebiedsgericht werken te betrekken bij de verdere uitwerking van het bestuurlijk stelsel. Ook werd positief gereageerd door zowel raad als wethouder op het idee om 1 keer per jaar de verantwoording van de gebiedsplannen in een speciale vergadering van de gemeenteraad vast te stellen waaraan ook vertegenwoordigers van de bestuurscommissies (of adviescommissies) deelnemen. Op verzoek van GroenLinks en de PvdA is besloten om de uitkomsten van het rekenkameronderzoek te agenderen voor de vergadering van de gemeenteraad op 10 mei 2017.
Uit het onderzoek Inhuur met beleid blijkt dat de kosten van externe inhuur jaarlijks stijgen. In 2015 bedroegen deze € 218,6 miljoen en in 2016 naar schatting € 237,4 miljoen. Vanaf 2013 neemt de informatiewaarde van de begroting en de jaarrekening over externe inhuur af, om in 2015 op een dieptepunt te belanden. Raadsleden worden onvoldoende geïnformeerd over de kosten, omvang en samenstelling van de externe inhuur, de relevante ontwikkelingen en de mate van effectiviteit van externe inhuur. Het onderzoek geeft inzicht waarom het vraagstuk over externe inhuur zo complex is en waarom adequaat beleid en goede informatievoorziening ontbreken. De rekenkamer formuleert vijf aanbevelingen. Het college neemt deze over, maar wijst het advies om de sturing op externe inhuur als risicovol project aan te merken af.
Maandag 27 maart meldde wethouder Litjens in een brief aan de gemeenteraad dat de stationsrenovaties van de Oostlijn een forse vertraging van 8 maanden oplopen ten opzichte van de oorspronkelijke planning van 2 jaar. Bij de aanpak van deze vertraging en de daarbij verwachte kostenoverschrijding benut het college de lessen die de rekenkamer in 2014 trok aan de hand van het verloop van het project vluchtwegmaatregelen in het rapport
Renovatie Oostlijn. Lessen uit een complex en problematisch project.
Het tweede opvolgingsonderzoek Armoedebeleid in Amsterdam wordt aangehaald in het afgelopen week verschenen SER-rapport Opgroeien zonder Armoede. In dit rapport bespreekt de SER oorzaken van armoede onder kinderen en gebruikt daarbij de conclusies en aanbevelingen uit het opvolgingsonderzoek van de rekenkamer.
In lijn met onze herhaalde aanbeveling concludeert de SER onder andere dat voor inkomensondersteunende maatregelen de mogelijkheid tot werken met een glijdende schaal, in plaats van harde inkomensgrenzen, onderzocht moet worden. Op die manier ontstaat er ruimte voor maatwerk en worden deze maatregelen minder een kwestie van alles of niets.
Momenteel doet de rekenkamer op verzoek van de raad onderzoek naar de impact van het Amsterdamse armoedebeleid. Dit onderzoek zal naar verwachting eind 2017 gepubliceerd worden.
Op 2 maart 2017 is de rekenkamerbrief Begrotingscyclus bestuurscommissies openbaar geworden. In deze inventarisatie is onderzocht welke serieuze knelpunten de 7 bestuurscommissies ervaren bij de nieuwe manier van geld ontvangen, uitgeven en verantwoorden. De raadscommissie Algemene Zaken spreekt op 23 maart 2017 over dit onderzoek.
Aanstaande zondag besteedt Reporter Radio aandacht aan ons onderzoek voor de gemeente Amsterdam naar de labelstappensubsidie gericht op het energiezuiniger maken van woningen (Amsterdams klimaatbeleid: de effectiviteit van het subsidiëren van labelstappen) en aan het onderzoek naar energiebesparende maatregelen in corporatiewoningen. Dat tweede onderzoek was een vervolg op het eerste en hebben we uitgevoerd op verzoek van de gemeenteraad. In de radio-uitzending van zondag (radio 1 om 19.00; klik hier), zal er aandacht worden besteed aan het feit dat de labelsystematiek voor de energiezuinigheid van huizen tekortschiet als instrument voor de overheid om te sturen op een belangrijke doelstelling van het klimaatbeleid: het energiezuinig maken van de woningvoorraad.
Op 21 december 2016 stond het tweede opvolgingsonderzoek van de rekenkamer over het armoedebeleid in Amsterdam op de agenda van de gemeenteraad. De gemeenteraad besloot het college te vragen aandacht te geven aan de twee aandachtspunten uit de rekenkamerbrief:
1. Geef prioriteit aan het in beeld krijgen van de uitvoeringskosten en stel normen op
2. Zorg voor transparante en consistente informatie over de armoedeval en verken mogelijkheden om deze tegen te gaan.
Op 7 december 2016 behandelde de raadscommissie Werk en Economie deze twee aandachtspunten al uitgebreid. De behandeling maakte duidelijk dat de raadscommissie belang hecht aan duidelijkheid rondom de armoedeval. Ook het in beeld krijgen van de uitvoeringskosten van de verschillende inkomensvoorzieningen vindt de raadscommissie belangrijk.
De rekenkamer heeft voor het onderzoek Drukte en leefbaarheid in de stad verschillende relevante ontwikkelingen samengebracht op één interactieve pagina: Ontwikkelingen drukte en leefbaarheid.
Op 20 december heeft de rekenkamer in bijzijn van haar burgerpanel het onderzoek Drukte en leefbaarheid in de stad gepubliceerd. Met het onderzoek heeft de rekenkamer onderzocht of het college en de bestuurscommissies voldoende doen om de balans tussen leefbaarheid en toegenomen drukte in de stad te bewaken. De rekenkamer constateert toenemende drukte en nog onvoldoende concrete aanpak. De rekenkamer formuleert zeven aanbevelingen. Het college neemt alle aanbevelingen over.
In het bijzijn van ons burgerpanel is op dinsdag 20 december bekend gemaakt dat “Evenwichtig woningaanbod” het publieksonderzoek van 2017 zal worden. Het Amsterdamse rekenkamerpanel heeft dit onderwerp gekozen uit vier mogelijke thema’s. Deze waren Veiligheidsbeleving, Recreatief groen, Huishoudelijke hulp en Evenwichtig woningaanbod.
Interessante en leuke bijeenkomst met ons burgerpanel. Discussiëren over het publieksonderzoek Drukte en leefbaarheid in de stad.
Op 15 december 2016 publiceert de rekenkamer het opvolgingsonderzoek Uitvoering van de Wet WOZ in Amsterdam. In dit opvolgingsonderzoek gingen we na of het college de aanbevelingen uit het onderzoek uit 2012 naar de uitvoering van de Wet WOZ heeft uitgevoerd. We concluderen dat vijf aanbevelingen zijn uitgevoerd, een aanbeveling gedeeltelijk is uitgevoerd en dat twee aanbevelingen niet zijn uitgevoerd.
De rekenkamer geeft in de rekenkamerbrief nog drie aandachtspunten voor verdere verbetering. De raadscommissie Financiën zal naar verwachting het rapport op 19 januari 2017 behandelen.
De afgelopen weken stonden twee opvolgingsonderzoeken van de rekenkamer op de agenda van de Amsterdamse gemeenteraad: het opvolgingsonderzoek Aansturing welzijnsinstellingen en het opvolgingsonderzoek Toezicht op de voorscholen.
Op 24 november 2016 wilde de raadscommissie Zorg en Sport vooral meer duidelijkheid over de tegenstrijdige wensen van zowel concurrentie als samenwerking tussen welzijnsinstellingen. Hoewel de wethouder deze spanning niet herkent, deelt hij wel de mening dat meerjarige contracten kunnen bijdragen aan partnerschap tussen instellingen. Op 8 december 2016 gaf de raadscommissie Jeugd en Cultuur aan vooral te hechten aan onafhankelijkheid en transparantie van het toezicht op de Amsterdamse eisen voor voorscholen. Ook werd de suggestie van de raad om meer toezicht te doen via auditcommissies omarmd door de wethouder. De raad stemde bij beide opvolgingsonderzoeken in met de voordracht en vraagt daarmee het college om de aandachtspunten uit de opvolgingsonderzoeken uit te voeren.
De rekenkamer laat vanavond in het Zaans Beraad zien op welke manier met behulp van de zogenaamde methode Duisenberg door raadsleden inzicht kan worden gekregen in de jaarstukken. Tijdens deze presentatie worden voorbeelden gegeven van cijfermatige analyses en vragen die deze analyses kunnen oproepen.
De Rekenkamer Amsterdam publiceerde in mei 2010 het rapport Armoedebeleid in Amsterdam met daarin 10 aanbevelingen. In 2016 voerde de rekenkamer een tweede opvolgingsonderzoek naar de opvolging van de aanbevelingen uit.. Het is een vervolg op ons eerste opvolgingsonderzoek dat we in 2014 publiceerden. Uit het tweede opvolgingsonderzoek Armoedebeleid in Amsterdam blijkt dat het college inmiddels vijf van de tien aanbevelingen volledig, twee gedeeltelijk en drie niet heeft uitgevoerd. Verder vragen we aandacht voor betere informatie over de armoedeval en beter zicht op de uitvoeringskosten.
Op 3 november heeft de rekenkamer het Opvolgingsonderzoek Aansturing welzijnsinstellingen gepubliceerd. Vanwege de sterk gewijzigde context is een oordeel over de mate waarin de aanbevelingen uit het onderzoek van 2012 zijn uitgevoerd weinig zinvol. Verschillende oude hardnekkige knelpunten spelen echter nog steeds en de gewijzigde context heeft ook nieuwe knelpunten meegebracht. Er is aanbevolen om bij de verdere verbetering van de aansturing van welzijnhttps://www.rekenkamer.amsterdam.nl/onderzoek/opvolgingsonderzoek-aansturing-welzijnsinstellingen/swerk aandacht te besteden aan deze knelpunten. De raadscommissie Zorg en Sport zal het rapport op 24 november 2016 behandelen.
Op 27 oktober 2016 heeft de rekenkamer het opvolgingsonderzoek Toezicht op de voorscholen gepubliceerd. In dit opvolgingsonderzoek is nagegaan of het college van burgemeester en wethouders de aanbevelingen heeft uitgevoerd uit het achterliggende onderzoek uit 2012, naar de efficiëntie van het gemeentelijk toezicht op de voorscholen.
Dat bleek bij twee van de vijf aanbevelingen het geval te zijn. De andere drie zijn gedeeltelijk uitgevoerd. De rekenkamer geeft in dit rapport nog aandachtspunten mee voor verdere verbetering. De raadscommissie Jeugd en Cultuur zal het rapport op 8 december 2016 behandelen.
Bij het rapport Zicht op de financiële positie is een financieel instrumentenpaneel bijgevoegd. De rekenkamer heeft dat ontwikkeld om snel en eenvoudig de Zaanse financiële positie te kunnen volgen. Dit instrumentenpaneel raakt alle relevante invalshoeken voor de financiële positie en maakt de ontwikkelingen op hoofdlijnen in één oogopslag zichtbaar.
Op 29 september publiceert de rekenkamer het rapport Zicht op de financiële positie -Een onderzoek naar de informatiewaarde van de jaarstukken van Zaanstad. Wij concluderen dat Zaanstad zich al geruime tijd inspant om financiële informatie toegankelijk te maken voor een breder publiek. Desondanks is het nog moeilijk om snel een compact en samenhangend beeld van de financiële positie van Zaanstad te verkrijgen.
Wij bevelen aan de beschikbaarheid en toegankelijkheid van financiële informatie te verbeteren via samenhangend en goed uitlegbare kengetallen. Daarnaast adviseert de rekenkamer om die informatie in één handzaam overzicht te presenteren. Tot slot lijkt het de rekenkamer zinnig om in overleg de informatie vergelijkbaar te maken met andere gemeenten. Het college omarmt onze aanbevelingen en zal bij de jaarstukken 2016 de eerste stappen effectueren.
Op 14 september stonden drie rapporten van de rekenkamer op de gemeenteraadsagenda: Reserves economie, Mantelzorgondersteuning en het opvolgingsonderzoek Luchtkwaliteit in Amsterdam. De raad stemde bij alle drie de rapporten unaniem in met de voordracht en vraagt daarmee het college om de elf aanbevelingen uit te voeren en aandacht te geven aan de drie aandachtspunten.
De gemeenteraad wilde bij het luchtkwaliteitsonderzoek meer duidelijkheid over de uitvoering van de aandachtspunten. Daarom werd een amendement aangenomen waarin de raad het college opdraagt de drie aandachtspunten van de rekenkamer onverkort en integraal over te nemen.
Bij het onderzoek Reserves Economie nam de gemeenteraad een motie aan om het college extra te bewegen om de gemeenteraad meer inzicht te geven op de vrij besteedbare ruimte binnen de reserves.
De gemeenteraad benadrukte bij mantelzorgondersteuning dat de mantelzorgers op een eenvoudige en overzichtelijke manier het totale aanbod van de gemeente aan mantelzorgondersteuning moeten kunnen vinden. De betrokken wethouders hebben aangeven aan de slag te gaan.
Op 15 juli publiceert de rekenkamer het rapport Reserves Economie. Wij constateren dat de gemeente Amsterdam zich inspant om de transparantie omtrent de reserves te vergroten. Toch ziet de rekenkamer nog noodzaak en mogelijkheden om de informatie in begroting en jaarrekening en de informatie aan de gemeenteraad te verbeteren. Daarnaast adviseert de rekenkamer het college om duidelijker aan te geven waarom een reserve moet worden ingesteld en bij bestaande reserves de vrije ruimte inzichtelijk te maken. Het onderzoek zal na het zomerreces behandeld worden in de raadscommissie Financiën.
Op 7 juli 2016 heeft de rekenkamer het rapport Mantelzorgondersteuning gepubliceerd. Wij zien dat de gemeente Amsterdam zich inzet om een goed ondersteuningsaanbod voor mantelzorgers te organiseren. De aanbevelingen van de rekenkamer zijn gericht op het creëren van meer richting en overzicht. Daarnaast wijzen we op de aansluiting van de gekozen beleidsinstrumenten en wijzen van uitvoering op de behoeften van (verschillende soorten) mantelzorgers. Het onderzoek wordt op 8 september besproken in de raadscommissie Zorg & Sport.
Op 29 juni 2016 werd in de raadscommissie WE kort gesproken over de nieuwe Uitvoeringsnotitie Deelnemingenbeleid van de gemeente.Raadsleden gaven aan blij te zijn dat in de notitie aanbevelingen uit de drie rekenkameronderzoeken naar Glasvezel, AEB en Parkeerbeheer zijn verwerkt.Wel werd de wethouder gevraagd om een aanscherping van het protocol voor het informeren van de raad door het college voor de besluitvorming voor het oprichten, beheren of afstoten van deelnemingen.
De rekenkamer heeft op 29 juni het opvolgingsonderzoek Luchtkwaliteit in Amsterdam aan de voorzitter van de raadscommissie Infrastructuur en Duurzaamheid aangeboden. Hierin concluderen wij dat de luchtkwaliteit in de stad over de afgelopen jaren is verbeterd, maar dat de gemeente (nog steeds) niet overal in de stad voldoet aan de wettelijk norm voor NO2. We hebben ook geconstateerd dat het college onze aanbevelingen uit 2011 nog niet geheel heeft uitgevoerd. Ons inziens zijn deze toch nog steeds belangrijk. Een integrale afweging van (maatschappelijke) kosten en effecten van luchtkwaliteitsmaatregelen blijft nodig. Bovendien raden wij het college aan de voortgangsrapportage aan de gemeenteraad te verbeteren.
Op 29 juni is ons rapport Aanbod openbaar vervoer aangeboden aan de voorzitter van de commissie Infrastructuur en Duurzaamheid. Met het onderzoek heeft de rekenkamer onderzocht of de maatregelen die in de afgelopen jaren zijn genomen de bereikbaarheid van het openbaar vervoer hebben verminderd. Tussen 2010 en 2016 verdween 15% van alle haltes van GVB in Amsterdam. Dat leverde een verwaarloosbare verbetering in reistijd op. Alleen als hele lijnen worden opgeheven, levert dat kostenbesparing op.
De rekenkamers Amsterdam en Eindhoven hebben los van elkaar de privacy onderzocht in het sociaal domein. In het juni nummer van Sociaal Bestek is het artikel privacy in het sociaal domein, een bron van zorg gepubliceerd. Daarin zijn de overeenkomsten en verschillen tussen Amsterdam en Eindhoven uiteen gezet. In het artikel roepen de auteurs de lezers op om na te na te gaan hoe de privacy in hun gemeente is geregeld. Daarnaast pleiten zij voor een continue aandacht voor de bescherming van de privacy in de hele keten van college, gemeentelijke organisatie, samenwerkingsverbanden, hulpverlenende organisaties tot en met de individuele hulpverlener. Omdat juist burgers met een hulpvraag daar recht op hebben.
Op 23 juni presenteert de rekenkamer haar rapport over het opvolgingsonderzoek Riolering in Zaanstad in het Zaanstadberaad. In dat opvolgingsonderzoek is nagegaan of de aanbevelingen uit een onderzoek van 2012 naar de uitvoering van de rioleringstaak in Zaanstad zijn uitgevoerd. Dat bleek bij vijf van de acht aanbevelingen het geval te zijn. De andere drie waren nog in uitvoering of slechts gedeeltelijk uitgevoerd. De rekenkamer geeft in dit rapport nog aandachtspunten mee voor verdere verbetering. Het college reageert op sommige punten wat terughoudend.
Bekijk het onderzoek uit 2012 en het opvolgingsonderzoek uit 2016 op de projectpagina Riolering in Zaanstad.
Donderdag 2 juni stemde de raad unaniem in met de aanbevelingen van het rapport privacy van burgers met een hulpvraag. Ook de motie van GroenLinks om het college op te dragen om alle domeinen stapsgewijs door te lichten op mogelijke privacyrisico’s en de raad zo spoedig mogelijk over de voortgang en daaruit voortvloeiende verbeterpunten te informeren werd met algemene stemmen aangenomen. Dit geldt ook voor de motie van D66, SP en VVD om een nieuwe Amsterdamse visie/beleidsplan op te stellen over de bescherming van persoonsgegevens. Deze visie dient domein overstijgend te zijn en als uitgangspunt te dienen voor uitwerkingen op de verschillende beleidsdomeinen.
Vandaag stond de herbenoeming van de directeur van de Rekenkamer Metropool Amsterdam voor een volgende periode van 6 jaar op de agenda van de gemeenteraad van Amsterdam. De raad steunde unaniem het voorstel van het presidium van de gemeenteraad om tot herbenoeming van Jan de Ridder over te gaan.
Op 24 maart 2016 is het rapport Privacy van burgers met een hulpvraag gepubliceerd. Wij hebben onderzocht hoe de gemeente de privacy van burgers beschermt bij het verlenen van hulp. Ondanks inspanningen van de gemeente Amsterdam krijgt privacy nog niet altijd de aandacht die het verdient. In het rapport gaan wij in op de vraag hoe dit komt, wat de gemeente kan verbeteren en welke privacyrechten burgers hebben. De raadscommissie Jeugd en Cultuur zal dit eerste publieksonderzoek op 7 april 2016 behandelen.
Op verzoek van de gemeenteraad is onderzocht welke effecten specifieke, afzonderlijke energiebesparende maatregelen hebben op het werkelijke energieverbruik in corporatiewoningen. Het werkelijke effect blijkt echter veelal tegen te vallen en blijft achter bij de theorie. Er is geen robuust bewijs gevonden dat het stimuleren van dit soort specifieke maatregelen doelmatiger is dan de bestaande generieke labelstappensubsidie. Dit roept de vraag wat de gemeente dan wel kan doen om energiebesparing in de woningvoorraad te stimuleren. Zie voor meer informatie het afgerond onderzoek.
In de raadscommissie AZ van 17 maart besprak de raad het gemeentelijke Programma Minder regeldruk. Daarbij werd de brief van de rekenkamer van 23 februari 2016 met een reactie op dat programma betrokken. Die brief was er op verzoek van de raadscommissie. Het is niet onze gewoonte om ons te bemoeien met de implementatie van onze aanbevelingen. Dat maakt het namelijk lastig om later bij het opvolgingsonderzoek met een onafhankelijke blik te kijken. De brief moet dan ook gezien worden als extra uitleg van onze eerdere aanbevelingen aan de hand van het Programma Minder regeldruk.
Wij zien in het programma grotendeels de gedachtegang van onze eerste twee aanbevelingen terug. Dat is positief. We constateren echter ook dat de beleidsredenering nog niet optimaal is. Het programma bestaat uit een lange opsomming van acties en doelstellingen. De relatie tussen acties en doelstelling wordt alleen benoemd en niet uitgelegd; dat kan transparanter en informatiever. We hebben in onze reactie ook onze zorg geuit over de regievoering. Veel acties zijn namelijk bij gemeentelijke onderdelen al onder een andere noemer in gang gezet. Door raadsleden werden ook vragen gesteld over de kwaliteit van de beleidsredenering en de mate van regievoering. Het Programma Minder regeldruk staat samen met de reactie van de rekenkamer geagendeerd voor de gemeenteraadsvergadering van 30 maart 2016.
Op 17 maart 2016 besprak de raadscommissie voor Onderwijs, Jeugd, Diversiteit en Integratie, Kunst en Cultuur, Lokale media en Monumenten ons rapport Subsidies diversiteit. Een deelonderzoek in het kader van ‘Grip op subsidies’. Naar aanleiding van de bevindingen vond er een levendige discussie plaats.
De betrokken raadsleden constateerden dat de zorgvuldigheid in het subsidieproces voor diversiteit te wensen over liet en dat dat de geloofwaardigheid en legitimiteit van de gemeente niet ten goede komt. Diverse partijen vroegen het college daarom alle aanbevelingen en ook de adviezen van de rekenkamer uit het nawoord over te nemen. De adviezen bestonden uit het rapporteren aan raad over percentage tijdige vaststellingen in periode 2013- 2016, duidelijk te zijn over de spelregels en met een concrete evaluatieopzet voor diversiteit te komen. Ook was er vanuit de raad aandacht voor de spanning tussen het dalende budget en het verwezenlijken van hoge ambities voor diversiteit. De vraag of de gemeentebrede bestuursopdracht subsidies terecht was afgesloten kwam ook aan de orde.
Wethouder Kukenheim was blij met het rapport en wil het gebruiken om van te leren. Ze laat de komende week per Dagmail weten wanneer in 2016 ze komt met een voortgangsrapportage over de doelstellingen in het beleid voor diversiteit, de subsidieregeling, het aantal vaststellingen en de evaluatie van het subsidieproces. Op 30 maart 2016 spreekt de gemeenteraad over het rekenkamerrapport.
Op 9 maart 2016 behandelde de gemeenteraad het rapport Renovatie Oostlijn. De raad ging unaniem akkoord met de raadsvoordracht en nam daarmee alle aanbevelingen van de rekenkamer over. Het college was eerder in de bestuurlijke reactie op het rapport afwijzend. Het college zag geen aanleiding de lessen van de Noord-Zuidlijn te actualiseren en zag weinig noodzaak om de informatievoorziening richting de raad te veranderen. Tijdens de behandeling van het rapport in de raadscommissie (17 februari) en raad bleek het college van standpunt veranderd. De wethouder zegde toe te komen met een brief waarin het college uitgebreid zal aangeven hoe zij de aanbevelingen van de rekenkamer gaat verwerken in de 10 lessen van de Noord-Zuidlijn ook gaat het college met de raad in overleg om na te gaan hoe de informatievoorziening aan de raad over dit soort projecten kan worden verbeterd.
Op 18 februari 2016 heeft de rekenkamer het rapport Subsidies diversiteit. Een deelonderzoek in het kader van ‘Grip op subsidies’ gepubliceerd. Dit is een onderzoek naar de waarborging door de gemeente van een doeltreffende besteding van subsidies voor diversiteit. Dit is een eerste onderzoek in een reeks van verdiepende onderzoeken in het kader van ons programma subsidies. De raadscommissie Jeugd en Cultuur zal het rapport op 17 maart 2016 behandelen.
De renovatie van de Oostlijn verloopt tot nu toe moeizaam. We hebben het project onderzocht om te bekijken welke lessen uit dit project kunnen worden getrokken voor toekomstige grote projecten. De grote complexiteit van het project in combinatie met knellende financiële en tijdgebonden kaders en de gesloten cultuur bij de ambtelijk organisatie vormen een verklaring voor het moeizame verloop van het project. Beter samen op te trekken en faciliteren en begrenzen van een inherent chaotisch proces had het verschil kunnen maken. Zie voor meer informatie het bestuurlijk rapport en het onderzoeksrapport (deel 1 en deel 2).
Ruim 10 jaar was de rekenkamer gevestigd op het Frederiksplein. Vanwege de afloop van het huurcontract is een nieuwe locatie gezocht en gevonden. Vanaf begin 2016 is de rekenkamer gevestigd op de 6e verdieping van Weesperstraat 105A. We zijn blij met onze nieuwe locatie en hopen dat velen de weg er naar toe zullen vinden.
Rekenkamerpanel kiest Leefbaarheid van de stad als publieksonderzoek 2016
In het radioprogramma Ritme van de stad is woensdag 16 december bekend gemaakt dat Leefbaarheid van de stad het publieksonderzoek van 2016 zal worden. Het Amsterdamse rekenkamerpanel heeft dit onderwerp gekozen uit vier mogelijke onderzoeksonderwerpen. Deze waren leefbaarheid van de stad, maatschappelijke opvang, afvalscheiding en toestemming gebruik openbare ruimte. De vier onderwerpen waren bedacht en aangedragen door het studentenpanel. De radio-uitzending van Amsterdam FM is ook terug te luisteren.
Net als vorig jaar heeft het studentenpanel nagedacht over interessante onderzoeksonderwerpen voor het publieksonderzoek 2016. De studenten hebben vier onderwerpen aangedragen, namelijk: leefbaarheid in de stad, maatschappelijke opvang, afvalscheiding en toestemming gebruik openbare ruimte. Donderdag 3 december zijn vier studenten van het studentenpanel samen met Jan de Ridder, directeur van de rekenkamer, bij Amsterdam FM geweest om te vertellen over het publieksonderzoek. Maar ook vooral om te vertellen waarom de onderwerpen interessant zijn voor de rekenkamer om onderzoek naar te doen. De radio-uitzending is terug te luisteren: http://www.amsterdamfm.nl/130364-2/. De vier onderwerpen zijn inmiddels via een enquête voorgelegd aan het burgerpanel van de rekenkamer, waarbij één van de onderwerpen zal worden gekozen als publieksonderzoek voor 2016. Het onderwerp dat vorig jaar als publieksonderzoek 2015 werd gekozen was Privacy van de burger. De verwachting is dat de resultaten van dit onderzoek in het voorjaar worden gepubliceerd.
Op 19 november 2015 heeft de rekenkamer het rapport Afval Energiebedrijf Amsterdam (AEB) – Tegenvallende resultaten na verzelfstandiging gepubliceerd. Dit is een onderzoek naar het besluitvormingsproces van de verzelfstandiging. De raadscommissie Werk en Economie zal het rapport op 2 december 2015 behandelen.
Op 12 november besprak de raadscommissie Algemene Zaken onze rekenkamerbrief Het regelen van dereguleren. Diverse raadsleden gaven aan blij te zijn met aanbevelingen van de rekenkamer. Zij verzochten het college om ook aanbeveling 1 volledig uit te voeren. De wethouder heeft toegezegd de eerste aanbeveling ook uit te voeren. In het eerste kwartaal van 2016 komt hij met een plan en voortgangsrapportage voor minder regeldruk met daarin een beleidsredenering en een gepaste monitoringswijze voor dereguleren. Op verzoek van de commissie zal de rekenkamerbrief (inclusief een oordeel over het nieuwe plan) tegelijk met het plan voor minder regeldruk in de raad besproken worden.